Wetsvoorstel Versnelde verhoging AOW-leeftijd ingediend

Het wetsvoorstel Versnelde verhoging AOW-leeftijd is op 17 november 2014 aangeboden aan de Tweede Kamer.  Dit wetsvoorstel geeft uitvoering aan het Regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ waarin is opgenomen dat de AOW-leeftijd vanaf 2016 geleidelijk wordt verhoogd naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021 en vervolgens gekoppeld wordt aan de stijging van de levensverwachting. Daarmee wordt na 2015 een versnelling aangebracht in het tempo waarmee de AOW-leeftijd wordt verhoogd als gevolg van de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd (Wet VAP).

Voor werknemers die per 1 januari 2013 reeds deelnemen aan een vut- of prepensioenregeling, en zich niet hebben kunnen voorbereiden op de versnelde AOW-leeftijdsverhoging, is een overgangsmaatregel aangekondigd. Deze groep krijgt een overbruggingsuitkering.

In lijn met deze versnelde verhoging van de AOW-leeftijd wordt ook de mogelijkheid aangepast om in de tweede pijler onder bepaalde voorwaarden in aanvulling op het ouderdomspensioen een fiscaal gefaciliteerd deelnemingsjarenpensioen op te bouwen. Daarnaast zal de naam van dit vroeger als “40-deelnemingsjarenpensioen” aangeduide pensioen worden gewijzigd in “deelnemingsjarenpensioen”.

Het wetsvoorstel is voor een uitvoeringstoets voorgelegd aan de Sociale verzekeringsbank (SVB). De SVB geeft in haar uitvoeringstoets aan dat de gevolgen van het wetsvoorstel beperkt zijn. Volgens de SVB wordt de huidige systematiek van de leeftijdsverhoging niet aangepast, maar wordt de leeftijdsverhoging slechts sneller ter hand genomen. Voor de SVB betekent dit beperkte aanpassingen van het systeem. Ook is het wetsvoorstel voorgelegd aan de Inspectie SZW voor een toezichtbaarheidstoets. Het wetsvoorstel heeft de Inspectie SZW geen aanleidinggegeven tot het maken van opmerkingen met betrekking tot de toezichtbaarheid.

Bron: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2014/11/17/wetsvoorstel-versnelde-verhoging-aow-leeftijd.html.